maandag

Waar waren jullie?


De laatste keer dat we elkaar spraken is alweer een jaar geleden. Wat vliegt die tijd toch weer. Maar ja, dat krijg je, hè? Overvolle agenda voller schrijven, dingen doen, dingen afspreken, notities maken, dingen opschrijven, Theo Maassen bellen, druk druk druk doen, me druk druk druk maken en uitstellen natuurlijk. Veel uitstellen, want anders krijg je het veel te druk.
Hebben jullie ook natuurlijk. Kan niet anders. Geeft niks, maken we toch gewoon een afspraak? Wacht effe, ik pak m'n agenda er even bij. Zo, februari lukt natuurlijk niet meer. Kunnen jullie in maart? Sjon niet; doen we toch gewoon april? Nog voorkeur voor een datum? De éénendertigste maar doen dan? Mooi, dat is dan afgesproken. Bellen jullie op tijd af, want de laatste keer zaten we hier met zijn vijven. Dat schiet niet op natuurlijk hè, met vier man en Trudy. En denk eraan, wel een goeie smoes. Een goeie smoes is de helft van het afbellen. Mijn dochters zijn de laatste tijd vaak ziek.

Wat ik eigenlijk wil zeggen is; het is mijn schuld allemaal niet! Want daar gaat het om in het leven, om de schuldvraag. En ik had het veel te druk. En dan schiet er wel eens iets bij in, hè? Bovendien, schrijven gaat toch nergens over; veel letters, weinig wol. En zeker die stukjes van mij. Goed bedoeld wel hoor, soms zelfs wel aardig, maar over het algemeen toch te weinig inhoud. Neem nou dit schrijfsel: hopeloos vaag en vol clichés die het gebrek aan diepgang moeten maskeren. Te weinig talent denk ik, maar dat is natuurlijk ook mijn schuld niet. En dat brengt me weer bij de schuldvraag, want ik vraag mij af:
Waar waren jullie, eigenlijk?




zondag

Buzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzz

Hoaoaoaoaaoaoaoaoaw.
Klerewekker.
Ik draai me nog een keer om.
Hoe laat is het eigenlijk?
Effe kijke dan.
Kolere, 2005 al?
Ik moet eruit!