zondag
Made In China (voorpublicatie Z.T.C.-blad, September 2004)
Zo'n 250 jaar geleden speelden twee Chinese jongens in huis met twee hele grote vliegenmeppers (de mensen zijn er kleiner, de vliegen groter) en een balletje geknede mie. Dat vonden ze zo leuk dat ze het ook met hun vriendjes gingen doen. In feite was dit de kinderfase van ons hedendaagse tennisspel. Alle kinderen vonden het leuk, hun ouders minder. Het is niet voor niets dat er nog maar zo weinig vazen uit de Ming-dynastie over zijn. Twee brave broertjes uit Peking, Pong en Ping, wilden hun ouders niet tot last zijn. Zij maakten van plankjes twee batjes en speelden voortaan op de eettafel. In China werd dit spel om raadselachtige redenen pingpong genoemd; bij ons in het westen tafeltennis.
In Engeland was het verhaal over de vliegenmeppende Chinese kinderen doorgekomen. De stadskinderen kregen er ook dáár niet lang plezier van. Want in Engeland hadden ze ook een hoop 'china' (porselein).
Op de grote landgoederen van welgestelde Engelsen werd echter een 'outdoor'-versie van het tennisspel bedacht. Inderdaad, je dacht het al, op het gras in de tuin. Als de was buiten hing, hadden de kinderen bovendien een 'net'.
In het plaatsje Badminton (ook in Engeland) plukten kinderen hun kippen kaal en staken die in een kurk. Zo is het televisieprogramma 'creatief met kurk' ontstaan.
Fig 1: Altijd van je áfsnijden
En zo is het gekomen. De grote vliegenmeppers werden vervangen door....ehmm..... door nóg grotere vliegenmeppers, de geknede mie werd vervangen door een rubberen balletje, de was werd vervangen door een gehaakt beddensprei, op het gras werden lukraak wat lijnen geschilderd en zo is dus het tennis ontstaan. Echt wel.
Pas veel later waaide ook het tafeltennisspelletje vanuit China over naar Europa.
Bettine Vriesenkoop, Mia Audina en Richard Krajicek zijn een hoop verschuldigd aan een paar Chinese kinderen.
Wij ook, ja.
zaterdag
Eerlijk delen, die handel
Als ik met mijn Jaguar door de prachtige lanen, met nog mooiere villa's, van Bosch en Duin rijd denk ik vaak: "nou, nou; mag het misschien ietsje minder?", of "waar hebben die mensen dat aan verdiend?" en vaak ook "waar zouden ze dat mee verdiend hebben?"
Er zijn van die dagen dat ik gewoon even aan wil bellen.
"Goedemorgen mevrouw. Als ik vragen mag, wat kost dat nou, zo'n hutje? U betaalt zeker wel veel belasting? Wat zegt u? Nee ik was gewoon nieuwsgierig. Wat doet uw man voor de kost? President commissaris? Is dat zwaar werk? Ik ben zelf nog op zoek naar een leuke job, ziet u."
Maar ja, ik heb daar het lef niet voor en bovendien; je moet eerst het hek naar de oprijlaan en de dobermans veilig zien te passeren.
En stel je voor dat er ontzettend aardige mensen blijken te wonen! Dat zou natuurlijk ook nog kunnen. Dat ze eigenlijk best aardig zijn. Van die gezellige dixielandluisterende, VVD-stemmende grootuitgevers. Daar kun je dan met goed fatsoen niet meer tegen aantrappen natuurlijk! Tegen aardige rijke mensen. Daarnaast, politiek correct als ik ben, wil ik dan natuurlijk toch een discussie op gang brengen. Over de enorme kloof tussen hun eclatante rijkdom en de vreselijke armoede van veel anderen. Over hoe zij dat gat zouden kunnen verkleinen, of dat ze meer dan genoeg ruimte hebben om een paar daklozen onder te brengen. Maar dat bedoel ik dus; zo ga je niet om met vrienden.
Nee, dat wordt niks; de dialoog met de welgestelden. Ik denk dat ik mijn aandacht beter kan verleggen naar het schuim der natie, de verschoppelingen van deze wereld: de daklozen! Zij zijn het toch die het niet hebben begrepen. Dat succes een keuze is en dat je als Straatnieuwsverkopende junk toch echt niet wordt getolereerd op de golfclub. Ze weten het wel hoor, dat het allemaal hun eigen schuld is, maar iemand moet ze toch weer hoop geven!
Met mijn 'rijkenkijkentaxi' kunnen ze straks, tegen een schappelijk tarief, met eigen ogen gaan zien wat ze zelf hebben laten lopen door verkeerde keuzes te maken. Toerend door de buitenwijken van Bilthoven en Zeist worden hun ogen geopend en mijn zakken gevuld. Een 'win-win-situatie' par excellence! Ik ben alleen nog op zoek naar een geldschieter. Iemand?
Ja ja, we zullen de baten eerlijk delen!
donderdag
Spierbundels revisited
Winnen die Grieken ineens
Op de meest onmogelijke onderdelen
Gouden plakken
De titel van mijn eerste boek
Is dan ook bekend
"Ik en mijn grote mond"
In zéér beperkte oplage verkrijgbaar
Verwacht ik
Voor wat het waard is
maandag
Olympische Spierbundels
Toen Griekenland in 1999 de Olympische Spelen kreeg toegewezen was er, behalve vreugde, toch vooral paniek in het land. Want hoe moest dit onsportieve land in vredesnaam aan medailles gaan komen? De tijd dat de Grieken 1,2 en 3 op een olympisch onderdeel werden was immers een paar honderd jaar voor Christus, toen er nog geen buitenlanders meededen. Er was geen (olympisch) sportonderdeel te bedenken, of de Grieken waren er op zijn best onbeduidend in. Er moest dus in (olympisch) recordtempo een inhaalrace gestart worden. Voor het voetbal betekende dit het aantrekken van een Duitse voetbaltrainer, voor de rest van de sporters was het eigenlijk te laat; zo dacht het Grieks Olympisch Comité. En daarom werd er een beroep gedaan op een sportarts met een twijfelachtige reputatie, dr. Anaboliou Steroïdis.
Bij het Internationaal Olympisch Comité (I.O.C.) had op dat moment een belletje moeten gaan rinkelen. Herstel, ik bedoel een sirene moeten gaan loeien, maar de officials sliepen, al dan niet geholpen door Griekse giften, rustig verder.
Dr. Steroïdis maakte een analyse van alle olympische sporten, met in zijn achterhoofd de mogelijkheden tot snelle fysieke resultaten van zijn sporters.
De volgende onderdelen hadden zijn interesse gewekt:
- Gewichtheffen
- 100 en 200 meter hardlopen (Atletiek)
- Speerwerpen, kogelstoten/slingeren en discuswerpen (Dito)
- De ringen (Turnen)
Onderdelen dus die vroegen om spiermassa. Daar kon hij wel iets mee.
Inmiddels heeft Griekenland op bovengenoemde onderdelen spierbundels in huis die:
- Door de mand vallen bij een dopingcontrole (gewichtheffer)
- Met zijn tweeën(!) op een motorfiets(!) onderuitgaan, op weg naar een dopingcontrole (sprinters). Dat verzin je toch niet?
- Tweede worden (discuswerpster)
- Winnen na een blunder van de jury (ringhanger)
- Nog iets moeten bewijzen (speer en kogelslingeraars)
Wedden dat er nog een Griekse spierbundel gaat winnen/ betrapt wordt?
Oh ja, heeft er al iemand Griekse resultaten gezien op niet-spiergerelateerde sporten?
Dacht ik al.
zaterdag
Onderbroekenlol
Mensen die mij een beetje kennen, weten dat ik over vier vrouwen beschik. Geloof me, daar ben ik elke dag zielsgelukkig mee.
De eerste danste 17 jaar geleden mijn leven binnen. Ze hypnotiseerde mij met haar streepjesbroek. Maar vooral met haar betoverende (sorry, ik kon geen beter woord verzinnen) lach. Een lach waarvan ik wakker lag. Ze vond mij leuk en dat was meteen mijn grootste geluk; ze lachte om mij! Er zijn dagen (geweest) waarop ik triest naar bed ging/ga; de dagen waarop ik Maria niet heb zien lachen.
Samen hebben we inmiddels nog drie lachebekkies. De tweeling plast en poept lachend pakken luiers per week vol. Ik heb daar schijt aan. Eens komt de dag dat zij dag en nacht met een onderbroek aan lol hebben. Onderbroekenlol.
De oudste is al een tijdje van de luier af. Overdag. Ondanks een forse premie (een week lang roze koeken) krijgt José het maar niet voor elkaar om met een droge luier wakker te worden. Zelfs de later toegevoegde bonus (een skippybal) kan haar niet bewegen om 's nachts haar bed voor een plasje te verlaten.
De afgelopen week hebben we een tussensprint ingezet. Na een droge luier op maandag, besloten we dat José op dinsdag met een onderbroek aan mocht gaan slapen. Zeiltje onder haar billen en slapen maar! En ja hoor, dat ging geweldig! Slapen op een zeiltje. Midden in de nacht heeft Maria de natte spullen moeten vervangen door droge. Dat dan weer wel. José bleef er echter van overtuigd dat zij eigenlijk best op tijd naar het toilet had kunnen gaan en dus werd het experiment voortgezet.
En zo werden wij afgelopen nacht weer wakker gemaakt door een lieftallig meisje met een natte broek en een dito bed. Om verder onheil te voorkomen heeft Maria, na het verschonen van José's bed, haar toen maar een luier omgedaan ('s nachts zijn rotklusjes altijd voor mijn vrouw). Niet echt om te lachen natuurlijk, maar dat hebben we de volgende morgen wel ingehaald. Juichend kwam José de trap afgerend en sprak de onsterfelijke woorden: "Mama, mijn luier is droog!"
Wat hadden wij weer een onderbroekenlol!
woensdag
Het is weer fijn op het schoolplein
Als je de straat in loopt, begint het genot al. Overal waar je kijkt zie je fout en/of lomp geparkeerde auto's. En dan heb ik het nog niet eens over de ouders die de moeite niet nemen hun auto te parkeren. Je kunt hem namelijk ook gewoon midden op de weg laten staan, die auto. Voor het schoolhek. Scheelt al gauw een meter of twintig lopen.
Bij het hek aangekomen doe je je uiterste best om de buggy met de tweeling erin naar binnen te wurmen. De ingang is de plek voor hangmoeders met fietsen en dezelfde kleurspoeling (koperblond). Nou ben ik misschien een beetje contactgestoord, maar wat die dames toch elke keer weer te bespreken hebben, daar kan mijn pet niet bij. Groetknikkend naar mij bekende ouders, excuseer ik mij naar binnen. "Pardon, mag ik er even langs?", is mijn conversatie op het schoolplein.
Ik stel mij strategisch op voor de uitgang van het gebouw. Daar heb ik een goed overzicht op naar buitenrennende schooljeugd en een prachtig uitzicht op de bonte -maar vooral koperblonde- verzameling moeders en de telefonerende hangbuikvaders. Ik kom nooit meer in een bioscoop en waarom zou ik?
Daar komt mijn dochter, hand in hand met één van haar zevenentachtig vriendinnen, naar buiten gehuppeld. Ik weet dan al hoe laat het is. Niet alleen omdat de school altijd op hetzelfde uur uitgaat, maar vooral vanwege de vraag die ik aan voel komen. "Papa, mag Kimberly bij mij binnen?" "Ja, dat is goed schat. Maar dan moeten we het wel eerst aan de mama van Kimberly vragen, hè? Of het goed is." José vindt dat al haar vriendinnen bij ons binnen moeten. Als Natasja een keer vraagt of José bij haar binnen wil, is zij daar meestal hevig ontstemd over. "Ik wil dat Natasja bij mij binnen komt, papa!"
En zo lopen wij even later met zijn vijven het schoolhek uit. Kimberly zwaait nog even naar mama, terwijl ik haar opzij trek zodat zij niet platgereden wordt door een, met een zoontje tussen zijn benen, wegscheurende helmloze scooterpapa.
Over een half uurtje mag ik weer.
dinsdag
Wij zijn overvallen
Maar goed, keurig voor de stopstreep staan wij te wachten tot de juiste kleur zich vertoont, om een beschaafde hoeveelheid gas (eigenlijk Euro95) te kunnen geven en het gezin naar huis te rijden. Plotsklaps springt er uit het niets een man voor de auto. Hij is gekleed in een kaki broek, een vaal rode blouse en hij draagt -op zijn hoofd- een rode pet. Wij schrikken ons gevijflijk een krul in onze tenen. De man blijkt gewapend. In zijn rechterhand heeft hij een lange stok, met aan de uiteinden twee dwarsliggende dingen. Hij lacht naar ons, maar daar worden wij niet vrolijker van. Hij buigt zich zijdelings over de motorkap heen en plaatst de stok op de ruit. Met geoefende hand haalt hij de beide sponzen aan de uiteinden heen en weer, teneinde onze voorruit van het vuil van een week of twee te ontdoen. Omdat de sponzen in zeepwater zijn gedoopt, lukt het de man moeiteloos het glas te reinigen. Met een weergaloze beweging draait hij de stok om, zodat ook de trekkers aan de andere kant hun werk kunnen doen.
Ondertussen is het een drukte van belang, bij ons in de auto. Mijn vrouw is er van overtuigd dat de man een geldelijke beloning van ons verwacht. Wat mij betreft mag de man dat best verwachten. Zalig zijn de simpelen van geest. Onze oudste dochter vraagt ons de oren van het hoofd over het hoe en waarom van de actie van bovengenoemde man, terwijl de tweeling laat weten dat ze honger heeft.
Het verkeerslicht springt op groen, terwijl de man met de trekker de laatste restjes water en zeep vakkundig van de voorruit wist. Als wij wegrijden, zwaaien wij hem na met een rookwolkje uit onze uitlaat.
Stank voor dank.
maandag
En dan heb je eindelijk een verhouding...........
Ik heb haar lief, zij haat mij
zaterdag
We nemen afscheid van een allround voetballer
Overal op de bank heeft hij gezeten
Hij was bijzonder getalenteerd
In het geven van nietszeggende interviews
Hij speelde altijd met zijn hart
Met zijn voeten kon hij niet zo veel
Het was wonderbaarlijk hoe hard hij kon schieten
Ondanks die pegel in zijn rechterbeen
De coach en hij hadden vaak een tactisch meningsverschil
Hij vond dat hij moest spelen, zijn coach vond van niet
Hij kreeg een prachtige aanbieding uit Italië
Twee weken Rimini; vol pension voor 500 Euri
We zullen hem missen
Vooral zijn vrouw en kinderen
Twee weken lang
Het SpreekWoord van Henk (8)
Als je daar een vakopleiding voor gevolgd hebt
vrijdag
Mijn Broer
Dat is zijn probleem, zul je zeggen. Persoonlijk denk ik daar wat genuanceerder over.
Het begon allemaal zo'n 23 jaar geleden. Guus (mijn oudste jongere broer) ging vissen studeren, helemaal in Wageningen. Waarom gaat iemand vissen studeren, vroeg ik mij af. Wonderlijk genoeg heb ik hém deze vraag nooit gesteld. Ik dacht eigenlijk dat Guus een goed excuus zocht om ver van huis eens lekker te gaan feesten. En om een beetje indruk te kunnen maken op de vrouwtjes koos hij een excentrieke studierichting. Dacht ik.
Er viel trouwens genoeg te feesten, daar in Wageningen. Ik heb daar persoonlijk een paar keer aan meegewerkt. In de weekeinden was openbare dronkenschap in Wageningen verplicht. Zonder gemor gaven alle studenten gehoor aan deze oproep.
Naast het feesten ging Guus ook lekker met zijn studie. Alsof het de normaalste zaak van de wereld was studeerde hij af, om een promotieonderzoek naar graskarpers te beginnen. Dat verzin je toch niet? Hij wel.
Na een jaar of acht Wageningen, was hij er van overtuigd dat de Nederlandse vrouw niet aan zijn ideaalbeeld voldeed. Hij papte aan met mijn Franse schoonzus, die stage bij hem liep. Nadat hij gepromoveerd was, verhuisde hij met Sabine naar Nantes. Sabine ging lucht verkopen, Guus vissen. Rare jongens, die Fransozen. Inmiddels verkoopt hij ook waterplanten en heeft een half dorp gekocht, om een beetje rustig te kunnen wonen. Zijn buren wonen minder rustig, want Guus stapt 's morgens om 7 uur op zijn grasmaaitractor, om op tijd zijn 45,8 hectare grote tuin te kunnen maaien.
Mijn broer is een vrije jongen
A.s. maandag mag hij met zijn benen omhoog de Voetbal International gaan lezen, want zijn grote broer wil ook wel eens op zo'n tractor rijden. Kunnen de zeven meiden (drie van hem, vier van mij) lekker met elkaar gaan spelen.
Als jullie het goed vinden, ga ik vrijdag de dertiende weer stukjes schrijven.
Ik heb nog meer broers en zussen!
woensdag
Oh simple thing where have you gone..
So tell me when you're gonna let me in
I'm getting tired and I need somewhere to begin
(Keane, 2004)
dinsdag
maandag
Topmannen
Dé bank die voortaan aan niet-vermogende klanten geld in rekening brengt voor enveloppen, overschrijvingskaarten en voor meer dan één afschrift per maand. Rijke klanten betalen niet, omdat zij hebben geprotesteerd. Arme ABN-Amro-klanten....
Dé bank die het afgelopen kwartaal ruim 26% meer winst gemaakt heeft dan in hetzelfde kwartaal van vorig jaar. En dan hebben we het over een nettowinst van één miljard Euro. Zo'n resultaat schreeuwt om maatregelen. En die komen er ook, als het aan Rijkman ligt. Te vrezen valt, dat het aan Rijkman zál liggen.
Wat heeft onze topman bedacht? Als we personeel ontslaan, houden we nóg meer geld over voor vette bonussen voor topmannen. Briljant plan; zeg nou zelf. Maar er is meer. Wát?! Nog meer? Ja, er is nog meer.
fig.1 heeft makkelijk lachen
Geïnspireerd door de topmannen binnen onze onvolprezen regering, wil hij dat 'zijn' personeel voortaan 40 uur gaat werken, in plaats van de 36 uur volgens de huidige CAO (om volstrekt onduidelijke redenen, noemt Rijkman de vraag of daar meer salaris tegenover moet staan 'voorbarig'). Hij pakt zijn zakjapanner en rekent: "Vier uur langer werken betekent een productieverhoging van 10 procent! Dan kan ik 10 procent van mijn personeel ontslaan. Even kijken, dat zijn er nu zo'n 21.000. Dat betekent dus dat ik 2100 man dé deur uit kan trappen! Tel uit mijn winst."
Als ABN-Amro binnenkort bekend maakt dat er zo'n 2000 arbeidsplaatsen moeten verdwijnen, zijn wij niet verbaasd. Toch?
Een andere topman (wat doet een topman eigenlijk de hele dag?), Burgmans van Unilever, laat meteen weten wel iets in een 40-urige werkweek te zien. Tjonge, wat een verrassing, zeg! Burgmans komt met het volgende, verpletterende argument: "De hele wereld werkt 40 uur."
Dat mocht de hele wereld willen! Hij bedoelt waarschijnlijk het werkzame deel van dé V.S.. Want daar is een groot deel van gezaghebbend Nederland zo langzamerhand alleen nog maar naar aan het kijken: naar dé Verenigde Staten van Amerika.
Als wij hier lekker doorgaan op de ingeslagen weg, hebben we binnen een jaar of twee net zulke hoge werkloosheids- en armoedecijfers als dé V.S..
Trouwens, werkloosheidscijfers en stimulering van de werkgelegenheid; daar hoor ik de laatste tijd niemand meer over.
De Nederlandse bevolking is overgeleverd aan conservatieve, cijferneukende en ideeënloze 'topmannen' met oogkleppen en een gebrek aan sociale vaardigheden (volgens mij heb ik vroeger zo'n manager gehad.....).
Ik vermoed dat werkloos Nederland binnenkort teruggaat naar de 32-urige werkweek.