donderdag

Alweer komkommertijd

Zoals wellicht bekend heb ik iets met het journaal (rare jongen, die hoofdredacteur) en met onderzoekburo's (die lui zitten altijd in panden met open deuren).
Maar gisteravond sloeg toch letterlijk alles. Er was één of ander burootje dat wist te vertellen dat jongens die aan vechtsporten doen relatief vaak losse handjes hebben. Het journaal voegde hieraan toe dat de resultaten niet noodzakelijkerwijs ook van toepassing zijn op meisjes. Die worden nog onderzocht. Poeh hé!
Ja, en dikke, roodharige jongetjes met een spraakgebrek en een brilletje met lapje worden relatief vaker gepest op school. Is ook onderzocht.
Komkommertijd komt tegenwoordig vaker voor op televisie dan vroeger. Is niet onderzocht. Lijkt me óók niet nodig.

woensdag

Wielrennen naar de Turk


Anna: "Papa, koekje d'bij?!"

Mijn kinderen hebben duidelijke ideeën over hoe het leven in elkaar zit. Waar fietsen voor zijn bijvoorbeeld.
Vanmiddag zat ik op de bank naar het WK tijdrijden in Madrid te kijken. Anna kwam bij me zitten. Nadat ze een minuut of vijf rustig op mijn schoot had zitten kijken, alleen onderbroken door het gebruikelijke "papa, sjietsje!" of "papa, auto!", vroeg ik Anna wat die mijnheer op die fiets op het startpodium ging doen. Zonder een ogenblik te aarzelen zei ze: "Melk kopen!"
Ik geloof dat ik niet meer hoef uit te leggen wat wij gaan doen als ik met Anna & Kitty ga fietsen.
Naar de Turk, ja!


Kitty: "Anna, afbwijven!"

Het is weer fijn om op de baan te zijn (TennisVisie) (voorpublicatie clublad ZTC, september 2005)

Als actief clublid doe je je best om het anderen en jezelf een beetje naar de zin te maken, toch? Dat was voor Jaap van Westen en mij een reden om op 20 augustus de (de? Ja de, kijk maar op de wisseltrofee) Houten Racket Toernooi te organiseren. Omdat ikzelf met moeite kon zitten vanwege rugklachten, heb ik alleen op het eind een paar ballen met het frame geslagen, maar degenen die wél meededen vonden het wonderbaarlijk leuk. Iedereen was verbaasd over het gemak waarmee ze met zo'n houten racket konden slaan.
Gelukkig deed Remco ook mee, zodat niet alle fantastische hoofdprijzen naar de familie de Meulenmeester gingen. Pimmetje won bij de jeugd, Margriet bij de dames en Ward ging onderuit in de finale tegen onze mateloos populaire, nieuwe tennisleraar. Wat maakt die jongen trouwens een ontzettende herrie op de baan, zeg. Bij iedere slag slaakt hij een oerkreet, alsof hij het hoogtepunt van een ander spelletje bereikt. Zoiets als Sharapova, ja.

Fig. 1: Remco's gewicht gaat te weinig door de bal heen.

Volgend jaar komt er ook een Houten Kop Toernooi, waarbij de deelnemers zich de avond voor het toernooi gezamenlijk klem zuipen. Bas wil graag het Houten Open organiseren, waar alleen inwoners van de stad Utrecht met een houten racket aan mee mogen doen. Het Houten Open te Zuilen. Ook leuk.

Twee weken later moest mijn rug weer fit zijn voor de clubkampioenschappen. Dat lukte. Omdat het geestelijk bij mij altijd behelpen blijft (op de baan!) beleefde ik er weer erg weinig lol aan. Vol verbazing keek ik naar een damesdubbel, waar alle vier de atletes met zichtbaar plezier stonden te ballen en ik vroeg mij hardop af hoe het mogelijk was dat ze het tijdens zo'n ontzettend belangrijke wedstrijd naar hun zin konden hebben. Dat kon toch alleen met après-tennis? Arjo Smits had voor mij het antwoord, in boekvorm. De avond voor mijn halve finales heb ik de eerste hoofdstukken van Het Innerlijk Spel gelezen. Kort samengevat is de strekking van het boek dat je jezelf niet moet veroordelen.
Ik heb die zaterdag al een stuk lekkerder staan tennissen. In de single tegen René werd ik onmiddellijk geconfronteerd met mijn minder ontspannen verleden. Mijn frame ging doormidden tijdens het slaan van een forehand. Mijn racket was het tikje op de umpirestoel tijdens de competitie nog niet vergeten en het haarscheurtje explodeerde.
Ook tijdens de mix - met mijn onvolprezen partner Martine - heb ik nu en dan per ongeluk gelachen. In de tweede set speelden wij Greg Rusedskietje, die in het verleden hele partijen met een enorme glimlach op zijn hoofd zijn tegenstanders intimideerde.

Ik vond het natuurlijk niet leuk dat ik allebei de wedstrijden verloor, maar ik heb wel iets geleerd waar ik al vijftien jaar mee worstel: het kan ook fijn zijn om aan het tennissen te zijn.

NB: De chef inkoop van de barcommissie verzoekt leden die mee willen doen aan het Houten Kop Toernooi, zich zo snel mogelijk op te geven. Dit geeft hem de tijd om een toereikende drankvoorraad aan te leggen.

zondag

AU ('Hobbel', gepubliceerd in Straatnieuws, September 2005)

Tijdens een vergadering vertelde een redactielid - zonder blikken of blozen - dat ze de klassieker 'Utereg me staetsjie' niet kende. De bewuste journaliste zal op korte termijn worden gedeporteerd naar St. Petersburg.
Het is sowieso droevig gesteld met de taal- en culturele kennis van het Utrechtse erfgoed bij een groot deel van de Utrechters. Kijk en luister maar om je heen. Ik voel me dan ook geroepen om daar op deze plaats iets aan te doen.

De meeste mensen kunnen nog wel lacherig 'Ouwe Grag aghonderdaggentaggentug' ( Oude Gracht 888 ) zeggen, maar daar houdt de kennis van het Utrechts bij de meesten op. En dat is jammer, want er valt zoveel te genieten, als je tenminste weet waar je op letten moet.
Het volgende verhaaltje is geschreven in Algemeen Utrechts ( AU, voorheen AUB; Algemeen Utrechts Beschaafd). Hier en daar staat de Nederlandse vertaling tussen haakjes.

Me dogter is onderlaots naor het swembaet geweus. Leg ze net lekkkur te dobbere, krijg ze inene een haelluf brôhd in dr giegel ( gezicht ). Staot zôhn naetnek ( homo ) van een baetmeeuster ze luns in het waoter te keile, omtottie ze eige op een petaetsjie ollog wou truktere. Sal wel weer een Jôht ( Amsterdammer ) gewees zijn, die gaeste die spore nie ( zijn gek ).Die laemlul ( rakker ) motte ze gewôhn een sjgup geve ( ontslaan )!
Wilt ze fôh de sjgrik effe un baekkie leut ( koffie )gaon doen, verslik ze dr eige in ut koekie van twaoluf jaor oud. Waet een koleresooi daor, waor ( toch )?
Hoortan ( luister ), gaot ze vaen ellende maor vaen zôhn waoterglijbaon aef legge glije, blijf ze met dr naovelpiessing aan een sjgroeffie hange. Nou, daen is je vubbaentdôhs wel leejg, waor?
Vollugguns mijn ken ze voortaon beejtur bij ons aegter in soon peutuhbaetsjie gaon legge spetteruh, klopput? Kos goejkopuh en geejn traemmuhlaent!

Als we nou eens alle aankomende studenten en andere nieuwkomers in Utrecht aan het werk zetten met AU, dan kunnen ze misschien een beetje integreren. Trouwens, Utrechters met een - bijvoorbeeld - Limburgs accent moeten ook maar eens verplicht gaan inburgeren.
En anders eruit met die lui!
Rita, werruk fôh je! Die mislukte aellugtôhn faen un Furdonk weejtut tog aellemaol so goed. Jao tog, niettaen?