dinsdag

TennisVisie (voorpublicatie clublad ZTC, juli 2005)

De vorige keer heb ik jullie verteld over mijn nieuwe rackets. En dat het best goed ging; met die intern gekoelde, heetgesmolten stukken plastic voor de prijs van een geheel verzorgde vakantie aan de Turkse zuidkust. En dan wordt een mens wel eens overmoedig.
Ik besloot dan ook twee weken geleden om nieuwe tennisschoenen aan te schaffen. Nee, niet van die lompe K-Swiss-stampers, waar iedereen op loopt, maar modieuze Puma's, rechtstreeks ingevlogen vanaf de Betuwe. Laat ik er dit over zeggen; ik heb wel eens een beter idee gehad!



fig1&2: Puma is going to kick some K-Swiss ass

Ongeduldig als ik was om met mijn hippe lopers de blits te maken, belde ik Ronald op om ons voor te bereiden op onze dubbel bij 'de Blauwe Reiger'.
We stonden allebei als vanouds de ballen in de hoeken te rammen, toen ik wilde glijden naar een scherp geplaatste bal van Ronald. Dat glijden ging - anders dan gepland - niet op mijn prachtige nieuwe Puma's, want die bleven staan. Wat er wel gleed waren mijn linkerknie en mijn handen met daarin het prachtige nieuwe racket, waarna ik tot stilstand kwam op mijn gevoelige plaat in het bijtende gravel. Dat doet zeer, ja. Tot overmaat van ramp had ik het punt verloren en was mijn racketgrip zwaar beschadigd. Na een blessurebehandeling speelde ik met het andere racket verder.
Dat was op maandag. Toen ik op vrijdag een nieuw gripje op mijn kapotte racket wilde zetten, bleek dat de grip van een racket hol is; het dopje was eraf. Dat had ik 's maandags niet gezien.
Jan de Clubsponsor heeft er professioneel een uitgeknipt stukje plastic opgelijmd, maar die is effen zwart! Hoe moet ik nu tossen? Nee, het leven van een tennisser gaat niet over rozen.

's Zaterdags, tijdens het open toernooi van 'de Blauwe Reiger' (n.b.: niemand van 'Vechtse Banen' gezien!) ging ik op mijn oude schoenen de baan op. Ik ben gekke Henkie niet.
Op zondag speelde ik in de tweede (!) ronde een single. Omdat Rob het op een zeker moment nodig vond om de bal niet naar mij toe te slaan, was ik gedwongen om een sprint in te zetten.
Mijn schoenen zeiden tegen mij: "Op ons kun je glijden", maar mijn onderbewustzijn had de ervaring met de Puma's nog niet van zijn harde schijf gewist. Op volle snelheid struikelde ik richting het niet te vermijden hek. Ik ramde met mijn hoofd in het gaas, (wat een mazzel, geen paal!) stuiterde met mijn linkerknie op het gravel en kwam half onder het hek ruggelings tot stilstand. Ik heb een tegenstander nog nooit zo hard zien lopen! Hij was in 2.8 seconden bij mij om te controleren of ik nog in leven was.

Naar mijn linkerknie durft voorlopig niemand te kijken en mijn nek is net zo stijf als de pakken van J.P. Balkenende.
Tennis is te gevaarlijk voor mij. Het schijnt dat er in het Formule1-team van Minardi een stoeltje vrij komt.


Geen opmerkingen: