woensdag

Het Oude Hazenbos (deel 4)

Het was een drukte van belang in het bos. Na het slechte nieuws van Wouter en Hans, waren veel dieren meteen begonnen met het pakken van hun spullen. Anderen stonden in groepjes bij elkaar, te vertellen hoe verschrikkelijk de toestand was en dat er niets meer aan gedaan kon worden. De uil had gezegd dat iedereen om 12 uur die middag bij de oude eik moest zijn. Hij zou het evacuatieplan uit gaan leggen.
Om 12 uur had het hele bos zich verzameld bij de oude eik. Wouter schraapte zijn keel en begon: “Beste vrienden. Zoals jullie weten is de toestand zorgelijk en uiterst penibel. De mensen zullen ons gaan verjagen, omdat zij een weg door het bos aan gaan leggen. Dit betekent een onherroepelijk einde aan onze hechte gemeenschap hier ter plaatse. Om onze uittocht naar het dichtstbijzijnde bos –en dat is, zoals jullie weten, het verre hazenbos- zo ordentelijk en veilig mogelijk te laten verlopen, heb ik een plan gemaakt. En dat luidt alsvolgt: Bosuilen, vrouwen en kinderen eerst!”, schreeuwde de anders altijd zo kalme Wouter. “Zijn er nog vragen?”
De dieren waren er stil van geworden. Ze wilden misschien wel iets vragen, maar ze wisten niet wat!
“Ja, ik heb een vraag.”, klonk het rustig, uit een hoekje van de verzamelplaats. “Wie was dat?”, vroeg de uil. Iedereen was benieuwd wie van de dieren de moed had om Wouter een vraag voor te leggen, of misschien zelfs tegen te spreken. Thom de Mol durfde dat alleen als Wouter er niet was.
“Ik”, zei Achmed, “Ik heb een vraag”. Alle dieren keken Achmed verbaasd aan, maar niemand zei iets. “Waarom willen jullie vluchten?”, ging Achmed verder. “De kans dat we allemaal veilig in het verre hazenbos aankomen, is heel erg klein. Heeft er dan niemand een ander plan bedacht?” “Dat is te zeggen, uhm ja, ik heb natuurlijk wel een noodplannetje klaar liggen.”, antwoordde Wouter. “Maar dat is eigelijk meer een variant op plan A, waarin we ouden van dagen voorrang geven op vrouwen en kinderen.”
“Eigenlijk willen jullie dit prachtige bos toch niet verlaten?”, vroeg Achmed. Nee, daar waren de dieren het wel over eens. Ze wilden wel blijven, maar dat kon niet meer. “Luister Thom”, zei Achmed tegen de mol, “jij hebt toch een grote familie en veel vrienden in de stad? Jij hebt toch broers, neven en nichten die de golfbaan onbegaanbaar maken?” Nu begreep niemand er meer iets van. Wat wilde dat gekke allochtone knaagbeest nou? “Nou, we zouden het volgende kunnen doen”, zei Achmed.

Wordt vervolgd........

Geen opmerkingen: