Bij 'Het Klokhuis' had je vroeger een vrij gestoord onderdeel, waarbij cursisten leerden hoe je je moest verdedigen tegen aanvallers met - bijvoorbeeld - een cyclaam, of een banaan. "Hoe overleef ik een aanval met een banaan?", begon de militaire cursusleider dan. Waarna één van de cursisten (altijd Lex) de banaan in zijn handen geduwd kreeg met de opdracht de kapitein aan te vallen. Lex wilde nooit, want hij wist dat hij de demonstratie zwaar gehavend en per brancard zou verlaten.
Een paar weken terug dacht ik voortdurend: "hoe overleef ik ruim een week clubkampioenschappen"? Waarbij de banaan vervangen werd door de CK-commissie, die mij aanviel met een loodzwaar wedstrijdprogramma, de tegenstanders zetten hun slagenarsenaal in en de weergoden probeerden ons te verzuipen. Kortom, het waren lange dagen en korte nachten.
Eerlijk gezegd was ik zelf schuldig aan dat zware programma, want ik had mijzelf - in een vlaag van verstandsverbijstering - voor drie onderdelen ingeschreven. Evert Jan had voor mij uitgerekend dat ik de meeste partijen van alle deelnemers moest spelen. Ik had mijzelf aangevallen met een banaan.
Iedereen die weleens de moed heeft kunnen opbrengen om naar een partij van mij te kijken weet dat ik dat wel vaker doe, mezelf aanvallen met een metaforische banaan. Nooit doet hij het goed, Henk-2. Altijd vindt Henk-1 (de criticus) wel iets waarmee hij Henk-2 (de tennisser) om de oren moet slaan. Omdat ik vond dat ik alles bij elkaar opgeteld wel genoeg tegenstanders had, besloot ik op de tweede vrijdag dat ik Henk-1 de mond zou gaan snoeren.
Uit mijn tennis-Bijbel (Het Innerlijk Spel) haalde ik zoveel mogelijk tips en trucs om Henk-1 mee te lijf te gaan. Ik schreef ze op een papiertje dat ik in mijn tennistas stopte - te gebruiken in geval van nood.
Vrijdagavond bleef het briefje een hele partij lang in mijn tas. Ik had mij zo goed voorbereid dat Henk-1 zijn mond hield. Ik was de rust zelve. Helaas zat mijn hoofd zo vol met de trucjes en handigheidjes dat ik een belangrijk detail over het hoofd zag: ik moest ook nog tennissen. Bijna een set lang raakte ik zo goed als niets. Tijdens één van de wissels besloot ik de lijst met trucs in te korten tot één: kijken naar de bal.
Het wonder geschiedde, we (Martine Kremers en ik) wonnen de partij alsnog.
Ook tijdens de finale van de mix speelde ik onherkenbaar rustig en won met Martine mijn eerste clubkampioenschap, zonder schade aan trommelvliezen, rackets of omheining.
Jammer dat daarna, tijdens de dubbelfinale met Christiaan Oomen mijn concentratievermogen het verloor van mijn grootste vijand, Henk-1.
Dat overleef je dus niet.
donderdag
maandag
Zeldzame Klasse
Heeft u dat ook wel eens, dat u dominee Gremdaat zo vreselijk mist op tv?
Zeker als je kijkt naar al die talentloze flapdrollen, die met hun uitgekauwde programmaformules (of formats, zoals sommige mensen zeggen) de Nederlandse beeldbuizen en flatscreens teisteren, is het onbegrijpelijk dat iemand als Paul Haenen geen zendtijd meer heeft.
Gelukkig wel op internet!
Zeker als je kijkt naar al die talentloze flapdrollen, die met hun uitgekauwde programmaformules (of formats, zoals sommige mensen zeggen) de Nederlandse beeldbuizen en flatscreens teisteren, is het onbegrijpelijk dat iemand als Paul Haenen geen zendtijd meer heeft.
Gelukkig wel op internet!
zaterdag
Reclame Revisited
Mijn blogfrequentie is dalende. Daar moet aan gewerkt. Daarom doe ik maar gewoon waar ik het best in ben: mopperen, zeuren en afzeiken.
In december 2007 had ik het hier over irritante (radio)reclamespotjes. Sindsdien is er weer een hoop nieuwe ellende voorbij gekomen.

http://nl.youtube.com/watch?v=zxAv-PXUGok
In december 2007 had ik het hier over irritante (radio)reclamespotjes. Sindsdien is er weer een hoop nieuwe ellende voorbij gekomen.

http://nl.youtube.com/watch?v=zxAv-PXUGok
1. Interpolis
2. Postbankspotjes met die blauwe frigide trut en Jan Mulder (toelichting lijkt me volstrekt overbodig)
3. ING-gesprek met uitzicht (quasi-kritische en bedacht-serieuze, geacteerde rampengesprekken 'uit de hoogte'). En dan de debiele toevoeging dat je het hele gesprek kunt horen op weet-ik-veel-en-het-interessert-me-geen-hol-waar. Welke halve zool gaat dat doen?
Wat ergert mij nu?
De top 3 van nu:
1- "Waar zijn we mee bezig?" van Achmea. Een zorgverzekeraar die zich profileert als wereldverbeteraar. Mag ik een kotszakje? Wat mij nog het meest irriteert is het bijzonder slechte Nederlands aan het einde: "Noem ons een idealist." En daarna noemen ze zichzelf ook nog 'een' onrealist. Voor de dyslectici onder jullie: het moet zijn "noem ons idealisten etc".
2- Cora van Mora die 'haar opvolgster' in een vriestruck opsluit. Alle mora-reclames zijn ontzettend niet leuk.
3- Lenen.nl (en alle andere kredietverleners-reclames). Alle debiteuren in deze reclame(s) getuigen van hun tenenkrommende vrolijkheid, terwijl ze zich zojuist (diep) in de schulden hebben gestoken. Welke kredeietcrisis?
Omdat ik er ongetwijfeld naast zit, mogen jullie mij vertellen welke spotjes nog verschrikkelijker zijn!
vrijdag
Ik Geloof In De Olympische Spelen
Hoewel sport op deze site niet echt een taboe is, wordt er opvallend weinig over geschreven. Het EK voetbal is door mij genegeerd, geen letter over de tour de France en tot vandaag werden de OS in Peking door mij geboycot. Geloof ik.
Voor dat laatste valt vanuit een humanitair-technisch standpunt begrip op te brengen.
Hoe komt een internationaal olympisch comité op het idee om aan een dictatuur de organisatie van een 'verbroederingsfeest' toe te vertrouwen?
Dat zal ik uitleggen.

Mama, mag ik naar de Olympische Spelen? Als je je huiswerk afhebt!
Het I.O.C. verzint toelatingseisen voor sporters, die er voor zorgen dat Yuri van Gelder als nummer twee van het laatste WK turnen aan de ringen niet mag komen. Omdat die toelatingseisen eigenlijk wel een beetje raar zijn, hadden ze hun foutje kunnen herstellen door Yuri een wildcard te geven. Maar nee, zelfs de allerláátste wildcard ging naar de (ik geloof) nummer 1763 van de wereld uit (ik geloof) zuidwest Abchazië, die na 6 secondes uit de ringen viel en zijn enkel verstruikte. Hij had geen tijd gehad om te oefenen. Meedoen is belangrijker dan winnen.
Honkbal is dit jaar voor het laatst een olympische sport, om plaats te maken voor nieuwe sporten. Zoals het alom gerespecteerde op-kinderfietsjes-van-een-heuveltje-afrijden-over-bultjes-heen. BMX-racing heet dat, geloof ik. In Peking doen ze het al.
Vinden ze honkbal internationaal een marginale sport? En is paardendressuur (sorry Anky) iets waar hele volksstammen voor uitlopen?
Het I.O.C. is onbekwaam en hypocriet. Vandaar.
Ondertussen zit ik wél elke dag naar olympisch krom-lopende-dames-met-een-stick-in-hun-hand te kijken en naar dikke-billen-knijpende-dames-in-een-zwembad te gluren.
Ik geloof dat ik een hypocriet ben.
Voor dat laatste valt vanuit een humanitair-technisch standpunt begrip op te brengen.
Hoe komt een internationaal olympisch comité op het idee om aan een dictatuur de organisatie van een 'verbroederingsfeest' toe te vertrouwen?
Dat zal ik uitleggen.

Mama, mag ik naar de Olympische Spelen? Als je je huiswerk afhebt!
Het I.O.C. verzint toelatingseisen voor sporters, die er voor zorgen dat Yuri van Gelder als nummer twee van het laatste WK turnen aan de ringen niet mag komen. Omdat die toelatingseisen eigenlijk wel een beetje raar zijn, hadden ze hun foutje kunnen herstellen door Yuri een wildcard te geven. Maar nee, zelfs de allerláátste wildcard ging naar de (ik geloof) nummer 1763 van de wereld uit (ik geloof) zuidwest Abchazië, die na 6 secondes uit de ringen viel en zijn enkel verstruikte. Hij had geen tijd gehad om te oefenen. Meedoen is belangrijker dan winnen.
Honkbal is dit jaar voor het laatst een olympische sport, om plaats te maken voor nieuwe sporten. Zoals het alom gerespecteerde op-kinderfietsjes-van-een-heuveltje-afrijden-over-bultjes-heen. BMX-racing heet dat, geloof ik. In Peking doen ze het al.
Vinden ze honkbal internationaal een marginale sport? En is paardendressuur (sorry Anky) iets waar hele volksstammen voor uitlopen?
Het I.O.C. is onbekwaam en hypocriet. Vandaar.
Ondertussen zit ik wél elke dag naar olympisch krom-lopende-dames-met-een-stick-in-hun-hand te kijken en naar dikke-billen-knijpende-dames-in-een-zwembad te gluren.
Ik geloof dat ik een hypocriet ben.
donderdag
Che Disastro, Le Mosquiti!
Ventimiglia, Italia
Na vijf dagen aan de Rivièra moet het er uit, het zit niet echt mee tot nu toe!
Een vrij moeizame reis van twee dagen over de route du soleil zat er bijna op, toen ik besloot dat het kleine steile weggetje richting ons vakantieparkje niet kon kloppen. Ik ging keren. Toen ik achteruit wilde rijden zag ik een tegenligger aankomen. Die wacht maar, zei ik en gaf licht geagiteerd wat extra gas om snel te kunnen draaien. Dat was geen goed idee, want het hek aan het smalle weggetje maakte onheilspellende geluiden op onze acherbumper. Op tweehonderd meter van ons vakantieadres (want het weggetje bleek wel goed) had ik voor - grof geschat - tweeduizend Euro schade aangericht. Shit happens. Mostly to me.
De volgende dag werd ik wakker met vijfenveertig muggenbulten over mijn hele lichaam, maar vooral op mijn benen. Verevelend, maar het kon erger. De muggenbulten waren wel erg groot en op sommige plekken ontstonden blaasjes. Zeg maar gerust blazen. En dan vergeet ik nog even de grote rode plekken, de korsten en het gele vocht dat eruit liep.
Gaat wel over, dacht ik in het begin, maar toen het woensdag alleen maar erger bleek te worden werd het tijd voor actie. Het blaasje op mijn enkel had inmiddels de grootte van een ei. Even langs de apotheker.
Daar moest ik mee naar het ziekenhuis, wist de apotheker zeker. Hij stuurde ons (Maria was mee) naar de 'Pronto Secorso' in een naburig durrep (Bordighera), wat zo veel wil zeggen als Eerste Hulp. Je mag hopen dat je in Italia nooit op de tweede hulp hoeft te wachten. Doodsbleke en continue kotsende kinderen, rochelende bejaarden en mannen met open wonden werden - al dan niet per brancard - binnengebracht. Waar zij achter in de rij aan moesten sluiten. Onder het motto: "je mag dan wel dood gaan, maar je bent nog niet aan de beurt" werden in ontstellend traag tempo patienten afgehandeld. Af en toe bleek dat als je echt op het punt van overlijden stond, de medische staf een paar minuten voor je inruimde. Aangezien dat voor mij duidelijk niet gold, vroeg ik na anderhalf uur wachten maar eens hoe lang het nog kon duren. Minstens een uur, werd mij verteld. Dat betekent in Italie een uur of drie, vier. Was er een alternatief, wilde ik weten. Er was wel een toeristenkliniek in San Remo, vertelde de dame van de info ons. Een andere wachtende hoorde ons gesprek en vroeg ons in vloeiend Nederlands of we misschien gebruik wilden maken van haar huisarts. Wij dachten het wel!
Zij belde hem op en we konden onmiddellijk terecht!
Dottore Rossi (!) bleek een uiterst innemende man, die mijn door muggen geinfecteerde huid - onder het voortdurend uitroepen van "Che disastro" - inspecteerde.
Ik kreeg antibiotica (alocohol toegestaan! Ik huilde van geluk) en desinfecterende zalf voorgeschreven en van een rekening wilde hij niet weten! Wel wenste hij ons nog een heel prettige vakantie. Een poepie was het, vond Maria ook.
Hevig bejeukt en de neiging tot krabben onderdrukkend zit ik nu mijn belevenissen op een vakantiepark-laptop in te toetsen, zoekend naar dubbele punten boven ee's, die er niet op zitten.
Eind goed, al goed?
Na vijf dagen aan de Rivièra moet het er uit, het zit niet echt mee tot nu toe!
Een vrij moeizame reis van twee dagen over de route du soleil zat er bijna op, toen ik besloot dat het kleine steile weggetje richting ons vakantieparkje niet kon kloppen. Ik ging keren. Toen ik achteruit wilde rijden zag ik een tegenligger aankomen. Die wacht maar, zei ik en gaf licht geagiteerd wat extra gas om snel te kunnen draaien. Dat was geen goed idee, want het hek aan het smalle weggetje maakte onheilspellende geluiden op onze acherbumper. Op tweehonderd meter van ons vakantieadres (want het weggetje bleek wel goed) had ik voor - grof geschat - tweeduizend Euro schade aangericht. Shit happens. Mostly to me.
De volgende dag werd ik wakker met vijfenveertig muggenbulten over mijn hele lichaam, maar vooral op mijn benen. Verevelend, maar het kon erger. De muggenbulten waren wel erg groot en op sommige plekken ontstonden blaasjes. Zeg maar gerust blazen. En dan vergeet ik nog even de grote rode plekken, de korsten en het gele vocht dat eruit liep.
Gaat wel over, dacht ik in het begin, maar toen het woensdag alleen maar erger bleek te worden werd het tijd voor actie. Het blaasje op mijn enkel had inmiddels de grootte van een ei. Even langs de apotheker.
Daar moest ik mee naar het ziekenhuis, wist de apotheker zeker. Hij stuurde ons (Maria was mee) naar de 'Pronto Secorso' in een naburig durrep (Bordighera), wat zo veel wil zeggen als Eerste Hulp. Je mag hopen dat je in Italia nooit op de tweede hulp hoeft te wachten. Doodsbleke en continue kotsende kinderen, rochelende bejaarden en mannen met open wonden werden - al dan niet per brancard - binnengebracht. Waar zij achter in de rij aan moesten sluiten. Onder het motto: "je mag dan wel dood gaan, maar je bent nog niet aan de beurt" werden in ontstellend traag tempo patienten afgehandeld. Af en toe bleek dat als je echt op het punt van overlijden stond, de medische staf een paar minuten voor je inruimde. Aangezien dat voor mij duidelijk niet gold, vroeg ik na anderhalf uur wachten maar eens hoe lang het nog kon duren. Minstens een uur, werd mij verteld. Dat betekent in Italie een uur of drie, vier. Was er een alternatief, wilde ik weten. Er was wel een toeristenkliniek in San Remo, vertelde de dame van de info ons. Een andere wachtende hoorde ons gesprek en vroeg ons in vloeiend Nederlands of we misschien gebruik wilden maken van haar huisarts. Wij dachten het wel!
Zij belde hem op en we konden onmiddellijk terecht!
Dottore Rossi (!) bleek een uiterst innemende man, die mijn door muggen geinfecteerde huid - onder het voortdurend uitroepen van "Che disastro" - inspecteerde.
Ik kreeg antibiotica (alocohol toegestaan! Ik huilde van geluk) en desinfecterende zalf voorgeschreven en van een rekening wilde hij niet weten! Wel wenste hij ons nog een heel prettige vakantie. Een poepie was het, vond Maria ook.
Hevig bejeukt en de neiging tot krabben onderdrukkend zit ik nu mijn belevenissen op een vakantiepark-laptop in te toetsen, zoekend naar dubbele punten boven ee's, die er niet op zitten.
Eind goed, al goed?
zondag
Save Me A Place
Don't know why I have to work
Don't know why I can not play
Turn me off turn me out
But don't turn me away
Save me a place
(Lindsey Buckingham, 1979)
Don't know why I can not play
Turn me off turn me out
But don't turn me away
Save me a place
(Lindsey Buckingham, 1979)
dinsdag
Het EK Volksliederenfestival 2008
Mat Russen heb ik niet zo veel. Ik versta ze niet. Ook het land heeft mij nooit getrokken. Lijkt me een kale, kouwe bedoening. En toch ben ik een beetje jaloers op ze. Ze hebben namelijk een prachtig volkslied. http://www.nme.com/video/id/gkRlbTUDjuY/search/gimn
En volksliederen hebben we tijdens de afgelopen EK (red: voor Mieke, het gaat hier over het EK voetbal 2008) genoeg kunnen horen.
Gisteren besloot ik eens te gaan googlen om te kijken of er een mp3tje te downloaden was van gimn Rossijskoj Federatsii. Dat lukte.
Bovendien kwam ik met mijn gegoogel bij een voetbalforum (http://www.fm-fans.nl/forum/viewtopic.php?f=125&t=5257) uit, waar ze een verkiezing van het mooiste EK-volkslied hadden 'georganiseerd'.
Hier bleek maar weer eens dat de gemiddelde voetbalsupporter - maar in ieder geval de bezoeker van deze site - polonaiseliefhebber is; niet al te fijnbesnaard, zal ik maar zeggen. Hoe krijg je het anders voor elkaar om het Wilhelmus op 1 te kiezen? De melodie én de tekst zijn van zo'n intense treurigheid, dat vele duizenden asielzoekers met een naturalisatiewens, na het aanhoren van het Wilhelmus, onmiddellijk zijn teruggekeerd naar hun armoedige en/of onveilige vaderland. Daar kan geen Rita Verdonck tegen op.
Het Fratelli d'Italia bezet een goede tweede plaats. Daar kan ik inkomen, want brult zo heerlijk mee, maar dat het bloeddorstige en strontvervelende Franse volkslied op plaats drie staat, is een gotspe. René Froger draait voor zo'n drakerig melodietje z'n hand niet om. Zweden en Griekenland kregen nog een stem van de buurlanden en Rusland kreeg niets. Ongelofelijk!
Het Russisch volkslied heeft kracht, is melodramatisch, zet aan tot meevoelen, meejuichen, meehuilen en meezingen. Het is mooi.
Maar ja, dat vind ik. Wat vinden jullie?
En volksliederen hebben we tijdens de afgelopen EK (red: voor Mieke, het gaat hier over het EK voetbal 2008) genoeg kunnen horen.
Gisteren besloot ik eens te gaan googlen om te kijken of er een mp3tje te downloaden was van gimn Rossijskoj Federatsii. Dat lukte.
Bovendien kwam ik met mijn gegoogel bij een voetbalforum (http://www.fm-fans.nl/forum/viewtopic.php?f=125&t=5257) uit, waar ze een verkiezing van het mooiste EK-volkslied hadden 'georganiseerd'.
Hier bleek maar weer eens dat de gemiddelde voetbalsupporter - maar in ieder geval de bezoeker van deze site - polonaiseliefhebber is; niet al te fijnbesnaard, zal ik maar zeggen. Hoe krijg je het anders voor elkaar om het Wilhelmus op 1 te kiezen? De melodie én de tekst zijn van zo'n intense treurigheid, dat vele duizenden asielzoekers met een naturalisatiewens, na het aanhoren van het Wilhelmus, onmiddellijk zijn teruggekeerd naar hun armoedige en/of onveilige vaderland. Daar kan geen Rita Verdonck tegen op.
Het Fratelli d'Italia bezet een goede tweede plaats. Daar kan ik inkomen, want brult zo heerlijk mee, maar dat het bloeddorstige en strontvervelende Franse volkslied op plaats drie staat, is een gotspe. René Froger draait voor zo'n drakerig melodietje z'n hand niet om. Zweden en Griekenland kregen nog een stem van de buurlanden en Rusland kreeg niets. Ongelofelijk!
Het Russisch volkslied heeft kracht, is melodramatisch, zet aan tot meevoelen, meejuichen, meehuilen en meezingen. Het is mooi.
Maar ja, dat vind ik. Wat vinden jullie?
Abonneren op:
Reacties (Atom)